Bijenwerk 2014 oktober/november
In deze uitgave van Imkernieuws aandacht voor:
- mooi zomerweer in september geeft goede voorjaarsstart
- AVB niet uitzonderlijk bij onze oosterburen, in Nederland wel
- aandacht voor ongenode indringers, o.a. de kleine kastkever
- controle van de wintervolken: doe mee aan de gratis Winter APK check!
- zijn de varroa's onder controle?
Een mooie nazomer geeft de bijen een goede voorjaarstart
Volgens een bericht uitgegeven door Alterra en De Natuurkalender hebben we dit jaar te maken met een extreem vroege start van de herfst. Veel boomsoorten tooien zich al in herfstkleuren. De geelbruine bladeren vallen al volop. Deze vervroegde herfst ligt hiermee in lijn met de algehele vervroegde bloei dit jaar. De combinatie van de koude augustus maand en de vroege start van het voorjaar is debet aan de vervroegde herfstkleuren.
Meer info kunt u lezen op de site van Natuurbericht.nl.
De bijen vliegen nog volop eind september. Tijdens deze warme en zonnige dagen zorgen de bijen voor een goede aanvulling van hun winterreserves in de vorm van divers gekleurd stuifmeel. Met behulp van enzymen wordt dit stuifmeel omgezet tot bijenbrood. Dit lang houdbare bijenbrood wordt aan het eind van de winter en het vroege voorjaar - bij gebrek aan bloeiende planten - aangesproken om de voedersapklieren weer te activeren. Het eerste geboortegolfje van larfjes in het zeer vroege voorjaar kan hiermee worden gevoed. Het najaar legt de basis voor een gezonde start van het voorjaar. Het bijenbrood vormt de winterse brug tussen najaar en voorjaar.
Amerikaans Vuilbroed bij onze Oosterburen
De recente uitbraak van AVB in Drenthe en Groningen doet menig imker in die regio vrezen voor zijn hobby. Toch valt deze uitbraak in het niet bij de jaarlijkse uitbraken van onze Oosterburen. De bacteriële besmetting van het bijenbroed komt steeds vaker voor in Duitsland. Eind augustus van dit jaar waren er al 192 nieuwe uitbraken geregistreerd, terwijl er in 2008 op dat moment nog maar 113 gevallen geregistreerd waren. Deze zeer besmettelijke ziekte wordt vooral door roverij van volk naar volk en van stand naar stand overgebracht.
Zorg vooral voor goede hygiëne bij het werken in uw volken. Laat wasdekseltjes en de slinger na de honingoogst niet voor de bijenstal leeg roven. Dit bevordert juist het roofgedrag van de bijen, ook richting bijenstanden in de nabije omgeving en roof bevordert ook de overdracht van virulente sporen van Nosema, EVB en dergelijke.
Verzamel de wasdekseltjes in een voerbak (met alleen een deksel) en zet deze ’s avonds op het voergat van een bijenvolk. Zonder roverij worden de zegeltjes keurig schoon gemaakt door de bijen.
Aandacht voor ongenode gasten
In het zuiden van Italië is voor het eerste in een bijenvolk in de omgeving van een zeehaven de kleine kastkever (Aethina tumida) begin september aangetroffen. Laten we hopen dat het bij dit incident blijft.
Met het invallen van de herfst weten ook andere dieren dat ze zich moeten voorbereiden op de winter. Net als bij onze bijen hebben ze een droge woning, voedselvoorraden en bescherming tegen de kou nodig. Laat een bijenkast nou precies die voordelen bieden! Daarom is de bijenkast een gewild winterverblijf voor muizen. Het voorkomen van deze predatoren is beter dan het genezen.
Ze verstoren de winterzit van onze bijen, want ze eten van het in de raten opgeslagen bijenbrood, hetgeen ook voor muizen een niet te versmaden eiwit is! Bovendien bouwen ze hun met bladeren geïsoleerde nestholte vaak dwars de bijenraten heen, ze vreten de was gewoon weg. Een houten verkleinblok of een vliegopening in de vorm van een alu schuifje of gewoon volièregaas bieden voldoende soulaas om de muizen buiten te houden. Schuimrubber is niet afdoende, dat verkleint namelijk niet de hoogte van de opening en wordt bovendien weggevreten door de muizen. Het verschaft ze gratis isolatiemateriaal voor hun slaapplaats.
In deze video toont Dr. Gerhard Liebig het verjagen van muizen en het plaatsen van het volièregaas.
Controle van onze nieuwe wintervolken
Door gebruik te maken van plastic afdekfolie of plexiglas afdekplaten kunnen de volken regelmatig tijdens het zomer- en winterseizoen gemonitored worden zonder de bijen te storen. Met extra isolatiemateriaal, geplaatst aan de binnenkant van het dak, ontstaat er geen condensvorming. Gedurende de winter zit de bovenkant van de wintertros vaak tegen het geïsoleerde plastic aan. Het beeld van de straatjes bijen, dat je als imker aantreft, is vaak vanaf 1 november vrijwel steeds hetzelfde, hetgeen duidt op een stabiele winterzit. Bij erge kou is de wintertros iets kleiner, bij hogere buitentemperaturen komen de bijen los van de tros.
- Een voorlopige controle op de winterbijen wordt hier door Simon Hummel eind september uitgevoerd: http://youtu.be/YK-7v7txf18
- Dr. Gerhard Liebig voert in deze video op 11 november 2013 een controle uit naar de volkssterkte van volken op 2 broedkamers: http://youtu.be/YK-7v7txf18
Beide video’s laten zien dat deze late controle goed doorstaan wordt door de bijen.
Neem deel aan de Winter APK - enquête voor bijenvolken
Eind oktober/begin november is de winterpopulatie vrijwel volledig opgebouwd. Met deze bijen moet de kolonie de winter kunnen trotseren. Hiervoor moeten tenminste 5000 langlevende bijen aanwezig zijn. Aangezien nog een deel van deze populatie (tot 30%) tijdens de winterzit overlijdt, is vooral deze lange winterzit een risicovolle onderneming in het bestaan van bijenvolken.
Zorg daarom voor de inwintering van sterke wintervolken en controleer eind oktober/begin november op een koude ochtend of het nieuwe wintervolk inderdaad nog net zo sterk is, als verwacht mag worden op grond van de voorgaande controle bij de inwintering. Door allerlei omstandigheden kan het proces van de vorming van winterbijen verstoord zijn. Worden er (te) kleine volken aangetroffen, overweeg dan deze alsnog samen te voegen. Hang de ramen broed van de 2 volken tegen elkaar of boven elkaar en vul de kast aan met de ramen bijen en verzegeld voer. Voorzorgsmaatregelen met kranten kunnen in november achterwege blijven.
Klik hier voor deelname aan de Winter APK >>>>>>>>>>>>>>>>>>>>> Klik hier voor deelname aan de Winter APK
De verzamelde informatie wordt via Imkernieuws aan alle imkers terug gekoppeld. Doe daarom zelf ook mee aan dit onderzoek. Verenigen is hierbij een optie, geen verplichting! Hoe meer imkers mee doen, hoe meer betrouwbaar de uitkomsten van dit onderzoek zullen zijn.
Zijn de varroa’s onder controle?
Door wisselende weersomstandigheden en de daarmee wisselende effectiviteit van de bestrijdingsmiddelen tegen de varroa’s blijven er vaak nog behoorlijke aantallen mijten achter in onze wintervolken. Herbesmetting vanuit andere volken blijkt vooral in gebieden waarin intensief bijenvolken gehouden worden, sterk voor te komen.
Zie hiervoor de recente publicatie van Eva Frey and Peter Rosenkranz in Journal of Economic Entomology: http://www.bioone.org/doi/abs/10.1603/EC13381.
Indien er voldoende langlevende winterbijen zijn ontstaan in de maanden augustus tot november hoeft u echter niets te vrezen voor de korte termijn (deze winter).
Echter voordat het broednest in het voorjaar wordt opgebouwd, moeten de mijten wel gedecimeerd worden tot hooguit enige tientallen mijten, anders dreigt het voortbestaan van het volk in de winter in gevaar te komen.
Een goede monitoring van de resterende varroapopulatie is daarom belangrijk. In september mogen er niet meer dan 5 mijten per dag vallen. In november mag er zelfs niet meer dan 1 mijt per dag vallen. Probeer de eventuele oorzaak van een te grote mijtenval te achterhalen.
Voer uiteraard dan vooral de oxaalzuurbehandeling in december uit en controleer eens de relatie tussen de aantallen gevallen mijten in het najaar en de mijten, die vallen in de eerste 2 weken na de oxaalzuurbehandeling in december. In de volgende uitgave van Bijenwerk december/januari meer informatie over de winterbehandeling.